Ken Ons Zelf

Leestijd: 9 minuten

Een beeld van Zelf door qimono

Hoe zien we eruit voordat we geboren worden?’ is een beroemde Zenboeddhistische koan; een onbegrijpelijke en onzinnige vraag die is ontworpen om onze geest te openen voor de realiteit dat wij het leven zelf zijn. Dat wil zeggen, we zijn net zo goed onderdeel van het proces dat het leven wordt genoemd als alles wat er is. Onszelf erbuiten of erboven plaatsen leidt alleen maar tot frustratie en lijden, zoals blijkt uit het volgende verhaaltje:

Er was eens een kleine jongen in de tuin aan het spelen toen hij een sprinkhaan heel langzaam zag bewegen.
“Wat is er met jou aan de hand?” vroeg de jongen.
“Er viel een kiezelsteen op mijn been,” antwoordde de sprinkhaan, “en omdat mijn been pijn doet, kan ik niet snel bewegen.”
Meteen greep de jongen de sprinkhaan en begon het been van het lijfje te trekken.
“Auw! Stop, alsjeblieft! Waarom doe je dat?”
“Nou, als ik je pijnlijke been eraf haal, zul je geen pijn meer voelen, toch?”
“Maar nu maak je de pijn nog erger en zonder been kan ik helemaal niet lopen! Hou daarmee op en zet me neer!”
“Nee, ik denk echt dat het beter voor je is als we dat been eraf halen. Blijf nu even stil zitten en laat me mijn werk doen.”

Hoe zouden we ons voelen als wij de sprinkhaan waren? Waarschijnlijk zouden we het net zo oneens zijn met de actie van de jongen. Toch is dit wat wij westerlingen elkaar, dieren en de natuur continu aandoen. Zodra wij onszelf ervan hebben overtuigd dat wij weten wat goed is voor een ander,[1] gooien we alle redelijkheid overboord en duwen onze maatregelen de ander door de strot. Daarbij wordt totaal geen rekening gehouden met wat die ander wil of nodig heeft, alsook niet met andere mogelijk schadelijke gevolgen. Hoe zijn we in die situatie terecht gekomen? En wat kan er gedaan worden om de rede en daarmee onze menselijkheid te herwinnen?

Toen onze mentale vermogens zich voorbij het punt ontwikkelden van louter instinctief handelen, werd de kunst van reflectie geboren. Daarmee konden wij opeens nadenken over onze gedachten, gevoelens, en gedragingen, in tegenstelling tot de meeste andere dieren en het vegetatieve leven. Het is alsof middels onze zintuigen het universum zichzelf waar kon nemen. Dat was de geboorte van geest, waarmee de rijken der reflectie, intellect, droom, verbeelding en fantasie ontstonden.

Mind (Geest): Beyond The Known. Beeld: Activedia

Maar in plaats van de geest tot volle capaciteit te ontwikkelen, werd het westen er bang voor toen dromen en fantasieën in nachtmerries konden veranderen. Vervolgens werd de geest gekaapt door precies het instituut dat voor de ontwikkeling ervan zorg moest dragen: religie. Want hoewel het Rooms-Katholicisme, het Christendom en de Islam in hun esoterie veel opvallende gelijkenissen heeft met de religies van Azië, Afrika en de Amerika’s, lijken ze qua organisatiestructuur veel meer op de hiërarchie van een middeleeuws koninkrijk of een huidige natiestaat – compleet met propaganda, onderdrukking en straffen voor degenen die zich niet aan hun regels houden. Ze zijn in wezen politieke organisaties geworden met vergelijkbare doelen: macht en het grootste deel van de rijkdom voor de happy few. En dat betekent voor de overgrote meerderheid van de mensen dat ze uitsluitend hun geest (en lichaam) mogen gebruiken ten behoeve van degenen op leidinggevende posities.

De meeste leiders willen nooit een bevolking die in staat is tot kritisch nadenken, want zodra we weten dat we worden onderdrukt en misbruikt als vee, zou niemand met vol verstand in zo’n situatie willen blijven. Toch is het onvermijdelijke gevolg van zo’n houding dat zowel leiders als bevolking in een dodelijke angstgreep zitten opgesloten; want degenen die de leiding hebben zijn altijd bang voor een opstand en zullen alles in hun macht doen om dat te voorkomen, en de rest leeft in voortdurende angst om niet uit de groep te worden gegooid en haar levensonderhoud te verliezen. Dit is een nauwkeurig beeld van de huidige situatie in de westerse wereld, waar iedereen elkaar in een strakke houtgreep van angst houdt – een situatie die al sinds het Romeinse Rijk bestaat en dramatisch is versneld sinds het begin van de industriële revolutie.[2]

Nu is denken – intellect – een belangrijke probleemoplossende functie van geest en is voornamelijk bezig met de buitenwereld, maar het is verre van haar enige functie. Geest regelt alle lichamelijke processen waar we bijna nooit over nadenken. Geest maakt dromen, reflecteert op het verleden, stelt zich de toekomst voor, voedt intuïtie, overstijgt het fysieke rijk en kan ons eenheid met onze medemens en het universum als geheel laten ervaren – en dat zijn slechts een paar functies die we kennen!

Mind (Geest), The Final Frontier. Beeld: Alexmogopro

Ergens in de ontwikkeling van geest kozen we ervoor om ons uitsluitend te concentreren op het ontwikkelen van ons intellect, waarmee we de wereld buiten onszelf konden manipuleren; maar op de een of andere manier kwam de ontwikkeling van onszelf en onze interne wereld praktisch tot stilstand.[3] In het westen zijn we, met andere woorden, technologisch en materialistisch ontwikkeld tot ongekende hoogten, maar spiritueel, emotioneel en moreel zijn we gestopt met ontwikkelen rond de leeftijd van een peuter. Praktisch gezien betekent dat, dat de meest geavanceerde technologische apparaten en wapens worden gehanteerd door mensen met een overontwikkeld intellect, maar met de spirituele, emotionele en morele – dus menselijke – vaardigheden van een tweejarige. Het is precies om deze reden waarom de kleine jongen ervan overtuigd is dat hij het juiste doet door het been van de sprinkhaan af te rukken, en waarom bepaalde groepen en individuen ervan overtuigd zijn dat iedereen zich aan hun regels moet houden – ongeacht de gevolgen.

Het oosten ontwikkelde zich daarentegen in de tegenovergestelde richting. Hun technologische ontwikkelingen kunnen niet tippen aan die van het westen, maar emotioneel en spiritueel zijn zij veel geavanceerder. Het oosten is derhalve veel minder bekend met het fenomeen emotionele angst dan het westen, en dat komt omdat het oosten begrijpt dat acceptatie van het leven zoals het is – en de gemoedsrust die daaruit voortkomt – enkel en alleen in onszelf kunnen worden gevonden.

Over het algemeen proberen Hindoes het aardse tranendal te overstijgen; vinden Boeddhisten het goddelijke in het gewone, dagelijkse leven; en beschouwen Taoïsten ons net als alle levende wezens als een deel van de natuur. Maar wat ze allemaal begrijpen is dat kennis over ons zelf, onze innerlijke wereld, onontbeerlijk is voor spirituele en emotionele ontwikkeling en slechts op die manier kunnen wij een actief en betekenisvol leven leiden. Daarbij is een van hun belangrijkste realisaties het feit dat alles voortdurend verandert en hoe meer we proberen ons daartegen te verzetten, hoe meer we lijden.

Dus als de diagnose voor ons onvermogen om redelijk en op een menselijke manier te denken, voelen en handelen, ligt in de onbalans tussen een overontwikkelde kennis van onze externe wereld (intellectueel/materieel) en onderontwikkelde kennis van onze innerlijke wereld (emotioneel/spiritueel), lijkt de behandeling voor de hand liggend: minder concentreren op het ontwikkelen van kennis over onze externe wereld, en veel meer aandacht gaan schenken aan het ontwikkelen van kennis over onze innerlijke wereld.

Toch lijkt er in het westen niets te gebeuren wat daar ook maar half op lijkt. Technologische ontwikkelingen volgen elkaar in rap tempo op en in de meeste westerse landen is het onderwijs vooral gericht op kennis van de externe wereld (en waarvan de kwaliteit overigens lijkt te verslechteren). Verder wordt het hoger onderwijs steeds slechter toegankelijk voor een snel groeiend aantal studenten. Deze waarnemingen zijn een adequate aanwijzing dat de bestaande machten slechts geïnteresseerd zijn in het fokken van één type mens: volgzame werkers.[4] Die uitspraak wordt versterkt door het feit dat geen enkele westerse staat of samenleving ooit onderwijs heeft verstrekt voor alle leeftijden, wat een waar teken zou zijn van een verlichte samenleving: een plek waar mensen worden gestimuleerd om zichzelf hun hele leven te blijven ontwikkelen, in plaats van hen alleen maar te stimuleren om meer spullen te kopen of hen te overtuigen (of te dwingen) tot het voeren van zinloze oorlogen.[5]

Niettemin bestaat elke samenleving uiteindelijk uit individuele mensen en tegelijkertijd met de ontwikkeling van geest ontstond de ontwikkeling van de persoonlijke keuze. Dat betekent dat ieder van ons de mogelijkheid heeft om te kiezen in een giftige situatie te blijven of eruit te stappen. Het vermogen om te kiezen vereist echter een volwassen spirituele, emotionele en morele ontwikkeling, iets wat een peuter natuurlijk mist. Een peuter is per definitie nog steeds volledig afhankelijk van zijn omgeving en is daarom niet in staat om een volwassen, goed geïnformeerde en vrije beslissing over wat dan ook te nemen. Daarom zullen de meeste westerse volwassenen, die nooit het peuterstadium zijn ontstegen als het gaat om spirituele, emotionele en morele ontwikkeling, zich altijd gevangen voelen in situaties waarin ze zich als volwassenen bevinden. Als ze geluk hebben, is het een situatie die zowel fysiek als mentaal stimulerend is. Toch is de realiteit voor de meesten om zich gevangen te voelen in een volledig demotiverende werkplek, een steriel huwelijk, of beide, of erger.

Hoe het ook zij, er is een goede kans dat velen van ons op een bepaald moment in het leven een ‘filosofische jeuk’ krijgen waardoor we ons beginnen af te vragen: Is dit alles wat er is? Ben ik ècht gelukkig of zeg ik alleen maar dat ik gelukkig ben omdat dat van mij wordt verwacht? Hoe weet ik of en wanneer de talenten van mijn unieke lichaam en geest ten volle worden benut? Hoe kom ik erachter wat mij stimuleert en demotiveert? Waarom vindt mijn omgeving het moeilijk als ik verdrietig of boos ben? Vind ik anderen moeilijk als zij verdrietig of boos zijn? Hoeveel meningen heb ik verkregen door eigen studie of ervaring en hoeveel zijn gevoed door mijn omgeving tijdens het opgroeien? En als er niet veel zijn verkregen door studie of ervaring, wat betekent dat de meeste van mijn meningen niet van mij zijn, wiens leven leef ik dan eigenlijk?

Is dit alles wat er is?” De filosofische jeuk laait op. Beeld: StockSnap

Wanneer die filosofische jeuk in ons oplaait, kunnen we besluiten om het op te volgen door geïnteresseerd te raken in het verkrijgen van kennis over onze innerlijke wereld – onze eigen geest en lichaam. Vragen als: ‘Waarom denk ik wat ik denk, voel ik wat ik voel en doe ik wat ik doe?’ worden dan interessant, en de antwoorden daarop kunnen alleen worden gevonden wanneer we onszelf grondig gaan bestuderen. Maar hoe doe je dat zonder enige ervaring? Hier zijn een paar tips om een begin te maken.

Een van de meest onthullende en leuke bronnen van informatie over menselijk denken, voelen (emoties) en gedrag, kunnen worden gevonden in mythen, legenden en sprookjes. Geen enkel stoffig psychologie werkboek biedt meer informatie over onze diep verborgen motivaties en dagelijkse gedragingen dan de verhalen uit deze rijken, en ik ben er vrij zeker van dat we onszelf of anderen herkennen in veel van hun personages. Vooral de herkenning met onszelf is cruciaal, omdat er dan plotseling een gevoel van verbondenheid ontstaat wat ons vertelt dat we niet alleen zijn. Het is duidelijk dat er anderen zijn zoals wij, met soortgelijke problemen, tegenslagen, ongelukken of schelmenstreken.

Veel archetypische karakters komen voor in mythen, legenden en sprookjes. Beeld: KELLEPICS

Verder kunnen we uit die verhalen leren hoe de personages zich voelen over verschillende situaties, en hoe ze ermee omgaan. Van daaruit kunnen we beginnen te onderzoeken hoe we onszelf voelen wanneer op onze knoppen wordt gedrukt, wat betekent dat we leren lokaliseren waar in ons lichaam die gevoelens worden gevoeld, om daarna te beschrijven wat we voelen. Vervolgens kunnen we beoordelen hoe we meestal omgaan met moeilijke situaties, en onszelf afvragen of dat ook daadwerkelijk de manier is waarop we ermee willen omgaan.[6]

Natuurlijk zijn er talloze andere manieren om kennis te verkrijgen over onze innerlijke wereld. De belangrijkste functie van kunst en literatuur is om onze geest te openen voor verschillende perspectieven. Deelnemen aan muziek, dans, schrijven, tekenen, schilderen of toneel vergroot onze zelfkennis door middel van expressie. Fysieke vaardigheden zoals yoga, qigong en verschillende krijgskunsten bieden manieren om ons eigen lichaam en geest in de schijnwerpers te zetten via het verkennen van onze fysieke (en dus mentale) grenzen. En als we het gevoel hebben met iemand te willen praten over onze huidige toestand, zijn er talloze therapeuten in het psychologische en psychosomatische rijk die hun diensten aanbieden om ons op weg te helpen.

Welke manier we ook kiezen om kennis over onze innerlijke wereld te vergroten, het werkt alleen als we die beslissing helemaal zelf nemen. Daarbij is er echter wel een kans op onbegrip vanuit onze omgeving, waardoor deze weg op het eerste gezicht verlaten en eenzaam kan lijken. Niets is echter minder waar; want terwijl in het hart van ons collectieve lijden een diep gecultiveerde afkeer van onszelf ligt, openen we met groeiende kennis over onszelf de deur om vrede met ons zelf te sluiten. En wanneer compassie met ons zelf groeit, wordt dat standaard uitgebreid naar compassie met anderen. Niet voor niets staat er in de Tao Te Ching geschreven: “Compassie met jezelf, en je verenigt alle schepsels in de wereld.”

Vrolijke ontdekkingsreis,
Erik Stout

[1] ‘Een ander’ kan verwijzen naar een persoon, familie, bedrijf, sportclub, school, Universiteit, NGO, land, de wereld, de natuur, het universum, enz.

[2] Enkele uitzonderingen daargelaten als verlichte leiders aan het roer stonden.

[3] Daarom zijn IQ-tests in principe waardeloos, omdat ze alleen informatie geven over iemands probleemoplossende vaardigheden, maar niets zeggen over iemands vaardigheden op het gebied van communicatie, samenwerking, intuïtie, gevoeligheid, emotionaliteit of menselijkheid.

[4] Zoals George Carlin decennia geleden reeds opmerkte.

[5] Verder lezen hierover: The Sane Society van Erich Fromm.

[6] In deze blogpost vind je mijn Vijf Vragen Voor Zelfonderzoek©, die kunnen worden gebruikt als leidraad om patronen te vinden in ons denken, voelen en handelen wanneer onze knoppen worden ingedrukt.